Fakebook

Ik waag me weer even op Facebook.
Schoorvoetend, alsof ik met mijn dikke teen voorzichtig het koude, donkere water aftast.
Ik frutsel aan het slot, de deur gaat te gemakkelijk open.

Vinden ze me nog like...?

Vinden ze me nog like…?

De nieuwsgierigheid wint.
Vinden ze me nog like?
Ik tel m’n likes en lik m’n wonden.
Welke nieuwsberichten bevolken mijn pagina?
Leuke weetjes, prachtige natuurfoto’s.
Indrukwekkende prestaties van de mens, in een filmpje weergegeven.
Ook emotionele, ingrijpende en andere heftige beelden.
Is het echt? Is het waar?
Meer dan eens blijk ik achteraf in de aap gelogeerd te zijn.
Pakkende en ontroerende beelden bleken in scène gezet.
Heb ik me weer laten rollen?

Echt of toch niet?

Echt of toch niet?

Wat is er echt in deze fictieve, digitale wereld?
De reacties, de opmerkingen, de verhalen en de likes?
Goedbedoeld of te gemakkelijk gegeven?
Oprecht? Of agressief en overmoedig, want veilig achter het scherm kan niemand me wat.

Ik voel me zowaar in een bruingroenig moeras wegzinken.
Verwarring. Emoties.
Tientallen reacties, van stralend positief tot zwaar cynisch en sarcastisch.
Echt. Gemeend? Gemaakt?
Het gif voel ik langzaam door m’n aderen stromen.
Het bijt, het brandt.
Sluipende onrust overmant me.

Ik schrik wakker uit m’n verdoving.
Wat! Een half uur om!

... een warme gloed op mijn realface

… een warme gloed op mijn real face

De zon breekt door de wolken. Krachtig licht zorgt voor een warme gloed op mijn real face.
Oef, gelukkig is er nog die echte wereld.
Lang niet altijd prettig en positief. Maar wel real.
Echte mensen, hoewel soms ook fake, maar je kan er tenminste live mee praten.
Je kan hun gezichten zien, hun uitdrukking aflezen, de toon horen, echte emoties zien.

In het echte leven valt het al niet mee om echt van echt te onderscheiden. Laat staan in de digitale. Maar wat houd ik opeens van de échte mens en de échte wereld.

Voor ik het weet, verlaat ik het Fakebook.
Want wat is er van waar?

Ik grijp om me heen en zoek naar houvast.
Ik zoek iets puurs, iets écht echt.
Iets dat altijd waar is en zal zijn.
Ik zoek een ruggengraat, iets waar ik van opaan kan.
Iets dat nooit vergaat, maar altijd juist blijkt te zijn.
Iets als een kompas, zodat ik m’n richting weer vind.

Weer richting vinden.

Weer richting vinden.

Ik grijp me vast aan het touw dat me wordt toegeworpen.
Met een ruk word ik uit het slobberige moeras omhoog getrokken.
De gasdampen prikkelen akelig mijn neus.
De blubber en modder druipen van me af, maar ik ben verlost!
Iemand spuit me schoon en heeft een mooi setje nieuwe witte kleren voor me klaarliggen.
Ik krijg een boek in m’n handen geduwd.
‘Dit zoek je, ik weet het zéker,’ zegt een Stem.
In mijn handen ligt het RealBook.

Ik voel een diepgaande rust over me komen die elke cel in mijn lichaam ontspant.